Deze tekst beschrijft het percentage jongeren in Den Haag dat zich bezig houdt met gamen. Deze informatie is gebaseerd op de Jongerenpeiling 2019 (3 vmbo en 4 havo/vwo). Hier zijn ook vragen gesteld om te bepalen of jongeren risico lopen op problematisch gamegedrag. Deze vragen gaan onder andere over hoe moeilijk zij het vinden om met gamen te stoppen, hoe vaak ze liever gamen dan in het echt tijd met anderen doorbrengen en hoe vaak zij slaap tekort komen door het gamen. Soortgelijke vragen naar het gebruik van sociale media werden uitgevraagd voor de Jongerenpeiling. Echter, omdat de vraagstellingen en antwoordopties in de voor de jongerenpeiling gebruikte vragenlijsten onvoldoende overeenkwamen, worden voor het gebruik van sociale media geen resultaten gepresenteerd.
Van de Haagse jongeren speelt 66% games, in Haaglanden is dit 68% (Tabel 1).2 Van de totale groep Haagse jongeren heeft 7% risico op problematisch gamen, voor de jongeren die gamen is dit 10%. In regio Haaglanden heeft 6% van alle jongeren een risico op problematisch gamen; voor jongeren die gamen is dit 9%.
Van de jongens gamet 91% en van meisjes 38%. Op het vmbo-tl speelt 67% van de jongeren games, onder jongeren op het vmbo-overig is dit 66%. Van de jongeren uit wijken met achterstand (67%) en zonder achterstand (67%) gamet ongeveer een derde (Figuur 1). Het percentage jongeren dat gamet en het percentage dat een risico heeft op problematisch gamen uitgesplitst naar etnische afkomst staan in tabel 2.
Van de Haagse jongeren speelt 65% games, in Haaglanden is dit 63% (Tabel 3).2 Van de totale groep Haagse jongeren heeft 4% een risico op problematisch gamen, voor de jongeren die gamen dit 6%.
Negen op de tien jongens gamen (89%) en vier op de tien meisjes (40%). Op de havo gamet 65% van de jongeren en op het vwo 64%. Van de jongeren uit wijken met achterstand gamet 62%, voor jongeren uit wijken zonder achterstand is dit 65% (Figuur 2). De percentages uitgesplitst naar etnische afkomst staan in Tabel 4.